Snijmais 2024: Maak nu uw rassenkeuze!

De 7 stappen

1. Celwandverteerbaarheid

Een hoge celwandverteerbaarheid loont! Het heeft de voederwaarde van mais verder doen laten stijgen, en het verklaart de VEM verschillen tussen rassen. Bij een hoog aandeel mais in het rantsoen is celwandverteerbaarheid juist belangrijk!

De afgelopen 20-weken heeft HAS Hogeschool student Stef Faes voor ons onderzoek gedaan naar celwandverteerbaarheid op kwekersniveau. In ons magazine (Vitelia Vitaal) die in juni verschijnt staat meer informatie hierover.

2. Opbrengst en voederwaarde

Heeft u een ruwvoertekort? Kies dan een ras met een hoge opbrengstpotentie. Bij voldoende ruwvoer, heeft een hogere voederwaarde de voorkeur.

3. Hoe lang duurt het groeiseizoen

Wordt er bijvoorbeeld nog eerst gras geoogst?

4. Onkruid en grondbedekking

Bij een hoge onkruiddruk, heeft een ras met een snelle beginontwikkeling de voorkeur. Het onkruid krijgt hierdoor minder kans.

5. Stevigheid

Op een windgevoelige plek is ook de stevigheid van het ras belangrijk. Vooral op natte en/of zware grond. Hou ook rekening met de zaaidichtheid, het advies is om latere rassen dunner te zaaien dan vroege rassen.

6. Kans op schimmelinfecties

Eerder op een perceel problemen gehad met schimmels zoals stengelrot, bladvlekkenziekte of builenbrand? Op steeds meer plaatsen ondervinden we last van kopbrand, let hier op! Let dan op de resistentiecijfers van de rassen.

7. Vanggewas/Onderzaai verplichting?

Welk systeem het beste bij u past hangt van verschillende factoren af. Droge grond is onderzaai geen verstandige keuze. Oogstdatum moeilijk of niet haalbaar dan kun je beter kiezen voor onderzaai op kniehoogte. Met een vroeg ras heeft u meer kans op het slagen van uw vanggewas na de mais oogst. Met een later ras zal er gekozen moeten worden voor onderzaai.

Bekijk hieronder de flyer met de selectie van de Vitelia voorkeurs maïsrassen 2024