Reststromen in de varkensvoeding, waar komen ze vandaan?
Bij de productie van de humane voeding komen grote hoeveelheden reststromen en co-producten beschikbaar. Deze producten zijn niet of minder geschikt voor humane consumptie. Maar weggooien is zonde. De veehouderij en specifiek de varkenshouderij kunnen deze producten prima tot waarde brengen. In hippe termen wordt dit kringlooplandbouw genoemd.

Vitelia doet dit al jaren, maar om meer inzicht te geven hoe deze producten tot stand komen nemen we u hier graag in mee. Daarom publiceren wij in de komende nieuwsbrieven een artikelenreeks;
Deel 1: Tarwegries
Tarwe is wereldwijd een van de meest verbouwde graansoort. Het is een basisgrondstof voor de humane voeding. Bij het malen van de tarwe ter bereiding van tarwebloem blijft de celwandrijke zaadhuid, de buitenkant van de tarwekorrel, samen met korreldeeltjes waar het meellichaam (endosperm) van is verwijderd, over.
Dit restproduct, tarwegries is zeer vezelrijk en bevat veel koolhydraten. Gangbare varkensvoeders kunnen wel tot 20% tarwegries bevatten. Het is een belangrijke vezelbron, die voor rust en verzadiging zorgt bij de varkens.
De kwaliteit van tarwegries kan weliswaar enorm wisselend zijn. Vitelia Voeders verwerkt daarom hoofdzakelijk tarwegries van Duitse herkomst, omdat deze vrijwel aan de specifieke kwaliteitseisen van onze nutritionisten en inkopers voldoet. Kortom duurzaam voor mens en dier.
Deel 2: Zonnepitschroot
Zonnepitschroot is een reststroom bij de productie van zonnebloemolie. Zonnebloemolie is een ingrediënt in o.a. halvarine en bakolie. Deze producten zijn voor de mens goed verteerbaar in tegenstelling tot de restroom als schroot die we vervolgens zelf niet eten.
Wereldwijd worden zonnebloemen grootschalig geteeld om vervolgens olie uit de zaden te winnen. Argentinië, Bulgarije, Frankrijk en Oekraïne zijn landen waar veel zonnebloemen verbouwd worden. Zonnebloempitten bevatten tot wel 40% olie. De olie wordt door extractie uit het zaad gewonnen.
Hiervoor wordt het zaad vaak eerst geplet of gepeld (ontdoppen). De mate van ontdoppen bepaalt de hoeveelheid schilletjes (voornamelijk ruwe celstof) in het restproduct en beïnvloed daarmee de voederwaarde van de zonnepitschroot. Zonnepitschroot is een eiwit- en vezelrijk product toepasbaar in veevoeders voor o.a. varkens.
Deel 3: Sojahullen
Soja is een belangrijke eiwitbron in de varkensvoeding. De eiwit- en vetrijke sojaboon kan als hele boon worden gebruikt in diervoer maar dat is niet gebruikelijk. Normaal wordt de boon gecrusht. Dit is een proces waarbij – nadat de hullen van de bonen zijn verwijderd – de olie van de rest van de boon wordt gescheiden.
Dit proces levert sojaolie, sojaschroot en sojahullen op. De sojaolie is gaat hoofdzakelijk naar de levensmiddelenindustrie.
Het schroot en de hullen worden verwerkt door de voerindustrie en levert hierdoor dus een belangrijke bijdrage aan de duurzaamheid van de sojateelt. Sojahullen bevatten weinig vet en eiwit, maar bevat veel ruwe celstof. Vitelia Voeders verwerkt soja-hullen uitsluitend in zeugenvoeders.
Deel 4: Palmpitschilfers
Palmolie is de meest gebruikte plantaardige olie in de wereld. Uit de vruchten van oliepalmen wordt palmolie gewonnen. Deze olie wordt grootschalig ingezet in allerlei producten voor de mens, in bijvoorbeeld margarines, koekjes en ijs, maar ook in producten als lippenstift en shampoo.
Bij de palmolieproductie komen eiwitrijke nevenproducten vrij zoals palmpitschilfers en -schroot, die ingezet worden als eiwit- en vetrijke grondstof in diervoeders. De schilfers bevatten meer vet dan het schroot. Door de verwerking van deze bijproducten levert de voerindustrie een belangrijke bijdrage aan de duurzaamheid van de oliepalmproductie.
Vitelia Voeders verwerkt palmpitschilfers in dragend zeugenvoer, lacto voer en vleesvarkensvoer.
Deel 5: Broodmeel
Broodmeel wordt samengesteld uit diverse bronnen van rest- en retourmaterialen. Een voornaam bestanddeel hiervan betreft dagvers brood dat niet is verkocht in supermarkten. Wanneer dit brood retour komt naar het distributiecentrum, wordt het machinaal uit de verpakking gehaald en vermalen tot kruimels. Daarnaast worden ook overschotten van de productie van ontbijtkoek, pretzels en kant-en-klare pannenkoeken die om kleurtechnische redenen niet verkocht kunnen worden, toegevoegd aan het broodmeel. Bovendien kunnen deeg en meel dat overblijft bij het opstarten en stopzetten van bakkerijmachines, evenals broodkruimels van het snijproces, aan de samenstelling van broodmeel bijdragen.